Artikel uit Schooldomein©
 
															Wat stel je je voor bij een Italiaans bergdorp? Meanderende trappen, mooie terrassen met winkeltjes en cafés en natuurlijk overal prachtige vergezichten. Het gevoel van ruimtelijkheid gekoppeld aan de intimiteit van besloten plekken. Precies dat biedt het nieuwe gebouw van Hogeschool Inholland.
De Sluisbuurt is een compleet nieuwe wijk aan het IJ in Amsterdam, met een divers en hoogstedelijk programma en Inholland als één van de eerste gebouwen in gebruik. Directeur facilitaire zaken en vastgoed Monique Koelewijn, de architecten Ronald Schleurholts en Martin van Toorn van architectenbureau cepezed en projectmanager Alfred Bakker van ICSadviseurs blikken samen terug op het proces. Monique: “Het was al tientallen jaren de wens van Inholland om alle locaties in Amsterdam en Diemen op één plek te hebben. Lange tijd was het plan op de campus van de VU ruimte te huren, maar dat lukte uiteindelijk toch niet. Toen we in 2016 besloten om samen met de gemeente Amsterdam een eigen plek te zoeken, had de gemeente deze locatie in de aanbieding, als onderdeel van de ontwikkeling van de Sluisbuurt. Het blijkt een perfecte locatie te zijn. We hebben in dit nieuwe gebouw een veel sterker Inholland-gevoel dan voorheen op verschillende locaties. We staan in het hart van de nieuwe wijk, er komt een waterplein voor onze deur en we hebben een panoramisch uitzicht op het Amsterdam-Rijnkanaal. Voor studenten is het ook een goed bereikbare plek; tram 26 stopt hier om de vier minuten, er zijn extra buslijnen ingezet en de nieuwe pontverbinding ligt op loopafstand.”
Dynamische gevel
Ronald knikt: “De kunst was om een stoer gebouw te maken dat iets doet met de wijk, ook op straatniveau. Met de flexibel in te richten structuur en het strakke maatsysteem waar we op uitkwamen, faciliteert het gebouw het inhoudelijk programma en past het in de stedenbouwkundige context. De routing en dynamiek van de school zijn aan de buitenzijde afleesbaar.”
De gemeente stelde hoge eisen aan duurzaamheid omdat het een hoogbouwwijk wordt met een hoge dichtheid, zo zijn er bijvoorbeeld strikte regels voor groene daken en waterretentie. Daarnaast wilde de gemeente dat de ruimte voor de school levendig zou zijn. Ronald: “De uitdaging was om de binnenwereld met de openbare ruimte te verbinden. Het is een diep vierkant kavel, dus moest je de logistiek en routing combineren met voldoende daglicht. Publieke functies op de begane grond bestendigen de relatie met de buurt. Op de hoek links aan het plein is een filiaal van de openbare bibliotheek Amsterdam gevestigd, OBA NEXT, op de hoek rechts komt een koffiecafé. De parkeergarage is voorbereid op dubbelgebruik.”
“De kunst was om een stoer gebouw te maken dat iets doet met de wijk, ook op straatniveau. Het inhoudelijk programma van Inholland is gecombineerd met een bibliotheekfiliaal en een koffiecafé”
Onderwijs van de toekomst
Voordat het ontwerpteam werd geselecteerd stelde ICSadviseurs met de gebruikers een ruimtelijk programma van eisen op. Monique: “Daarbij hebben we iedereen uitgedaagd te dromen, dus niet vertellen wat je nu doet, maar wel hoe je denkt dat het onderwijs er over tien, vijftien jaar uitziet. We hebben ook bij andere hogescholen gekeken. Het traditioneel lesgeven in een lokaal met alleen maar zenden is niet meer van deze tijd. Je ziet dat studenten selectiever worden in waarom en wanneer ze naar school komen. Onze uitdaging is om het onderwijs goed te programmeren. We werken veel met blokroosters, waarbij we in blokken van twee of vier uur programmeren. Die wens kwam ook uit de studentevaluaties – als de reistijd langer is dan de lestijd komen ze niet meer. We merken nu al dat de bezetting hoger is dan eerder het geval was. Het is fascinerend om te zien dat er op vrijdagmiddag nog groepen studenten zitten. Samenwerken gaat nu meer vanzelf. En het gebouw leent zich met al die verschillende ruimtes voor het organiseren van kleine en grote onderwijs- of vak-evenementen.”
Sterke projectorganisatie
Zo’n complex project vraagt om een sterke projectorganisatie. Alfred: “Ik heb als projectleider de ontwerp- en uitvoeringsfase begeleid, waaronder de selectie van cepezed als architect. “Het was een goede uitvraag”, vindt Ronald. “We werden uitgedaagd om mee te denken over een aantal onderwerpen. Zo moest het een adaptief gebouw worden, dat mee kan veranderen met toekomstig gebruik. We hebben gezocht naar een structuur die op alle niveaus veranderend gebruik aankan. We werkten voortdurend op twee sporen: voldoen aan de stedenbouwkundige uitgangspunten en een programma mogelijk maken dat in zichzelf aantrekkelijk en toch adaptief is. Daarom bevinden gemeenschappelijke functies zich bijvoorbeeld op ankerpunten in het gebouw in plaats van op een centrale plek.”
“Vóór de aanbesteding van een aannemer hebben we verschillende bouwvormen naast elkaar gezet”, legt Alfred uit; “Traditioneel aanbesteden vonden we geen optie, omdat je dan gelijk in discussies over het bestek kunt verzanden. Rond 2020 was de markt overspannen, wat het lastig maakte om goede partijen met een goede prijs te vinden. We kozen uiteindelijk voor een bouwteam, omdat de aannemer dan tijd heeft om goede partijen te selecteren en we bovendien in de realisatiefase de focus kunnen leggen op kwaliteit in plaats van op geld.”
Dorp op zich
Een gebouw van 30 duizend vierkante meter vloeroppervlak, bestemd voor zevenduizend studenten, is een dorp op zich. Martin knikt: “Dat was precies de insteek van het ontwerp. Net als in een Italiaans bergdorp meandert een route met trappen via het atrium, tot aan de negende en hoogste verdieping, omhoog door het gebouw. Aan deze route zijn alle ‘adressen’ van de onderwijsdomeinen te vinden. Op de verdiepingen hebben we een dubbele routing bedacht: de binnenring is druk, door veel activiteiten, terwijl de buitenschil de rust biedt van de eigen opleiding. De hoofdroute begint in een grote hal bij de entree en loopt over in een brede trap van zwart staal, met geïntegreerde plantenbakken en fijne plekken om te zitten. De trap is een object op zich, in nauwe samenwerking ontworpen door cepezedinterieur.”
“Het ordenende principe van een dynamische hoofdroute en rustige eigen afdelingen brengt rust en biedt mogelijkheden voor allerlei gebruik”, legt Martin uit. “De ‘adressen’ onderweg variëren van knusse zithoeken, werkplekken, en coffee-corners tot onderwijsafdelingen en een groot dakterras. Niet alleen de hoofdroute wordt gemarkeerd door planten, er is ook een plantenwand en er zijn groendaken. We hebben het restaurant op de eerste verdieping geplaatst, en de labs en collegezalen beneden. Op de derde verdieping hebben we een mooi buitenterras gemaakt.”
Combinatie kleurvlakken
Martin vindt het een stoer gebouw door de toepassing van staal, kleurcontrasten, hout en groentonen. Heldere basisvolumes van glas en donkere stroken bewaren de eenheid. “Omdat de lagere daken grotendeels groendaken zijn en ingericht voor de opvang van water, hadden we daar beperkte ruimte voor pv-panelen”, licht hij het gevelontwerp toe. “Ook de gevels zijn daarom benut om zonne-energie op te vangen. We hebben dit ‘architectonisch’ opgelost door te kiezen voor drie kleuren pv-panelen en verschillende configuraties, die de bouwvolumes benadrukken – mat en sjiek, in de kleuren blauw, brons en antraciet. Achter deze in de gevel geïntegreerde pv-panelen zitten te openen geveldelen.”
Die combinatie van kleurvlakken maakt dat het gebouw bij veranderend zonlicht steeds anders toont. En door de vele pv-panelen is het gebouw bijna energieneutraal. Een ander duurzaamheidsaspect is de flexibiliteit van het ontwerp: verandert de ruimtevraag door gewijzigde onderwijsconcepten of studentenaantallen, dan biedt het modulaire wandsysteem uitkomst.
Monique ten slotte: “Ik ben blij met het gebouw en merk elke dag weer dat het goed werkt. Je ziet in dit gebouw de tijdgeest van nu: het is een breed uitwaaierend onderwijslandschap met veel luie trappen. Het is een echte ‘sticky campus’ geworden. Ik kijk terug op een goed proces, waarin we constructief hebben samengewerkt.” Ronald en Alfred reageren: “Dat komt ook omdat er een doortastende opdrachtgever was en Monique het hele proces aanwezig was. Betrokken eigenaarschap maakt veel uit in zo’n uitdagend proces.”
Projectgegevens
Project: Nieuwbouw Hogeschool Inholland
Locatie: Sluiseiland, Amsterdam
Opdrachtgever: Inholland
Architect: cepezed
Projectmanager: ICSadviseurs
Vast meubilair: cepezed
Interieurarchitect:
cepezedinterieur (vaste inrichting inclusief trap, kleur, verlichting, afwerking wanden, vloeren, plafonds)
Ontwerp losse inrichting en vaste inrichting speciale ruimtes: ZENBER, cepezedinterieur, ZENBER (doos in doos)
Los meubilair: Ahrend
Aannemer: Bouwcombinatie Homij – Visser & Smit Bouw
Landschapsontwerp: Delva Landscape Architects
Constructie: IMD Raadgevende ingenieurs
Installaties: Galjema Technisch Adviesbureau
Bouwfysica: LBP|SIGHT
Volume: 30.000 m²
Ingebruikname: Augustus 2024
 
                                                    Tekst: Sibo Arbeek,
Foto’s: Lucas van der Wee
(zie ook www.schooldomein.nl)